nevenactiviteiten

curriculum

contact

kwetsbaar en toch sterk

exposities

werk van collega's

www.

wieketerpstra.

blogspot.com

'Oranda-e (met Hollandse ogen)' opening tentoonstelling zondag 5 april 2009

sluit venster

Haagweg 4 is een kunstenaarscentrum, gevestigd in een oude ambachtsschool in Leiden. Het bevat ateliers en een prachtige expositieruimte.

In 2009 bestaan er 150 jaar diplomatieke betrekkingen  tussen Nederland en Japan en is het 400 jaar geleden dat de VOC handelsbetrekkingen heeft aangeknoopt met Japan. Dit wordt zowel in Japan als in Nederland gevierd. Zo worden er  in Leiden op initiatief van het Sieboldhuis, in samenwerking met diverse instellingen allerlei activiteiten georganiseerd.

 

In april 2009 organiseert een aantal galeries, waaronder Haagweg 4, een tentoonstelling rond het thema Japan.

Voor de tentoonstelling zijn 30 kunstenaars uitgenodigd om een kamerscherm te maken en daarbij na te denken over deze vraag:

Stelt mijn werk ruimte voor of neemt mijn werk ruimte in?

Het kamerscherm werd gebruikt om de ruimte in het klassieke Japanse huis te verdelen en te beïnvloeden. Vandaar onze keuze voor een tentoonstelling van 30 kamerschermen.
De kunstenaars werken in zeer uiteenlopende disciplines.
De kamerschermen krijgen het formaat van ongeveer 200 x 60 cm en bestaan uit 4 panelen. Deze panelen zijn open, aan de kunstenaars de keus hoe ze in te vullen; te bespannen, te betimmeren, te bewerken.

tijdens het werk in de hal van de Haagse Wapeningscentrale (februari 2009) <  (meer foto's)  >

Opening tentoonstelling zondag 5 april 2009 Deelnemende kunstenaars aan de tentoonstelling Oranda-e:

Franca Beyers
Leo van der Kleij
Robin Kolleman
Rose Goehring
Kitty Bakker
Hans Laban
Carla Lensen
Jeanette Ephraim
Ton van Kints
Anna J. Van Stuijvenberg
Peter Gentenaar
Pat Gentenaar
Wieke Terpstra
Petra Laaper
Chrystl Rijkeboer
Christiaan van Tol
Stylvia ten Kleij
Michel van Dam
Corinne Egas (Fenny)
Corrie Blanksma
Eduard Linders
Rudi Struik
Halina Zalewska
Bernadette Drent
Astrid Vlasman
Tineke Porck

 

persbericht ORANDA E (met Hollandse ogen)

Dit jaar is het 150 jaar geleden dat de VOC handelsbetrekkingen heeft aangeknoopt met Japan.

Om dit te gedenken worden er in Leiden op initiatief van het Sieboldhuis allerlei activiteiten georganiseerd. In april 2009 organiseren een aantal galeries een tentoonstelling rond het

thema Japan. De tentoonstellingruimte van kunstcentrum Haagweg 4 wordt die maand 

een ervaring van ruimte.

 

Vanaf het moment dat Japanse en Westerse kunstenaars met elkaar in aanraking kwamen lijken zij gefascineerd te zijn door de verschillende manieren waarop zij over de ruimte in hun werk denken.

Rond 1850 heerste zowel in Japan als in het westen onvrede over de bestaande opvattingen over kunst.

De Japanse kunst was sterk beïnvloed door de Chinese literair/decoratieve schilderkunst en in het

westen werkte men volgens vaste academische regels.

In de westerse traditie was het schilderij sinds de renaissance een venster op de wereld. De techniek ondersteunt het ruimtelijke beeld.

Het is een wereld van lijn perspectief, licht/donker(schaduwen) en atmosferisch kleur mengen.

De wereld ligt in het doek en als we ervoor staan kijken we uit op een ruimte die zich vanuit één standpunt voor ons uitspreid.

In de Japanse kunst was het schilderij een plat wit vlak en als zodanig een lege ruimte. Perspectief en schaduwwerking speelden geen rol in dit werk.

Het werk werd opgebouwd uit kleurige vlakken en expressieve lijnen.

De kunstenaar zoekt naar ruimte in de compositie. Vormen worden ruimtelijk geplaatst en kunnen worden afgesneden of van paneel naar paneel lopen.

Er werd een evenwicht gezocht tussen het weergeven van de werkelijkheid en het vervormen van de werkelijkheid tot decoratieve patronen.

Je zou kunnen zeggen dat in de westerse traditie de ruimte in het doek lag terwijl in de Japanse traditie het doek zelf ruimte in neemt. Tegenwoordig zijn wij zo gewend aan beide opvattingen dat we ons niet meer bewust zijn van deze Japanse invloed op ons gevoel voor ruimte.

De eerste kunstenaars lieten zich vooral beïnvloeden door het exotische uiterlijk en het Japanse vakmanschap. Zo rond 1870 begon de term Japonisme op te duiken. Kunstenaars als Van Gogh en

Redon wisten de Japanse ideeën over ruimte op hun eigen manier te integreren.

Hierna werd de invloed van de Japanse kunst minder zichtbaar maar werd de invloed van de inhoud ervan juist groter.

Tijdens het Symbolisme, de Jugendstil en het Constructivisme werd er gezocht naar een andere verhouding tot het object van de kunst. Het ging daarbij meer om de geestelijke ruimte van de kunstenaar.

In de westerse traditie was het schilderij sinds de renaissance een venster op de wereld.

 

Voor deze tentoonstelling hebben we 30 kunstenaars gevraagd een kamerscherm te maken en

 daarbij na te denken over deze zelfde vraag. Stelt mijn werk de ruimte voor of

neemt mijn werk ruimte in?

Het kamerscherm werd gebruikt om de ruimte in het klassieke Japanse huis te verdelen en te beïnvloeden.

De tentoonstellingsruimte van Haagweg 4 is de ruimte die deze kunstenaars te verdelen en te beïnvloeden hebben.